Thuismonitoringsverpleegkundige: ‘We zijn echt nog aan het pionieren’

ProfielfotoArenda Vermeulen 08-09-2025
600 keer bekeken 0 reacties

Sinds corona is thuismonitoring uitgegroeid tot een serieuze pijler in de ziekenhuiszorg. Thuismonitoringsverpleegkundigen spelen hierin een cruciale rol. Wat doen zij en wat is er nodig om dit relatief nieuwe beroep verder te professionaliseren?

Gerike Oosthoek - van Mourik is thuismonitoringverpleegkundige in het Albert Schweitzer Ziekenhuis. We praten met haar over pionieren, patiëntcontact op afstand en de toekomst van digitale zorg.

Vertel eens over je werk als thuismonitoringsverpleegkundige. Wat doe je precies?

“Bij thuismonitoring vervangen we de standaard poli-afspraken door digitale monitoring. Patiënten voeren thuis hun waarden in via het online platform Luscii of Sananet. Als er bepaalde afwijkingen zijn in de waarden, komt er een melding bij ons binnen en die beoordelen wij direct. Wij overleggen met de arts en reageren zo snel mogelijk richting de patiënt. Als verpleegkundigen monitoren we alle ziektebeelden; we hebben geen specialisatie. Wel is er per zorgpad één vast aanspreekpunt in ons team.

Daarnaast ben ik één dag per week bezig met de ontwikkeling van de zorgpaden. Inmiddels hebben we er dertien. Meestal betreft het chronische ziekten, maar sinds kort bieden we ook thuismonitoring voor chirurgie aan. Naast patiëntcontact ben ik dus ook bezig met projectmanagement en het verbeteren van zorgprocessen. Zo optimaliseer ik programma’s naar aanleiding van feedback van patiënten.”

Voorheen werkte je op een verpleegafdeling. Nu heb je vooral digitaal contact met patiënten. Hoe is dat?

“In de kliniek zie je patiënten natuurlijk fysiek. Je leest hun houding, huidskleur of ademhaling. Op afstand moet je goed leren luisteren en doorvragen. Wat zegt iemand écht? Klinkt iemand benauwd?

Daarbij komt dat je bij thuismonitoring mensen langere tijd volgt. Daardoor bouw je echt een band met ze op. Het is ook afwisselender omdat je met allerlei ziektebeelden te maken hebt. En doordat het een relatief nieuwe functie is, heb je de vrijheid om het deels zelf in te vullen.”

Wat maakt dit werk voor jou de moeite waard?

“Je hebt contact met een patiënt op het moment dat iemand zich zorgen maakt. De patiënt is blij als je belt en vaak verrast door de snelheid. Wat dat betreft is het dankbaar werk. Thuismonitoring geeft veel mensen een gevoel van veiligheid. Ze weten dat er iemand meekijkt terwijl ze toch in hun eigen veilige omgeving zijn. Soms willen ze gewoon hun verhaal kwijt of checken of hun klachten ‘normaal’ zijn. Die laagdrempeligheid maakt het waardevol. Patiënten krijgen via het platform ook toegang tot informatie, instructies en modules zodat ze meer kennis opdoen over hun ziektebeeld.”

‘Onze functieomschrijving klopt nog niet met wat we in de praktijk doen. Er zijn goede afspraken nodig’ 

 

Wat zijn de grootste ontwikkelpunten van jouw vak?

“We zijn echt nog aan het pionieren. Zo klopt onze functieomschrijving nog niet met wat we in de praktijk doen. Daarom zijn we ook bezig om die te herschrijven. De balans tussen verpleegkundige taken en projectmatig werken mag duidelijker worden. Ook zijn we bezig met een kwaliteitspaspoort waarin je aantoont dat je bekwaam bent in dit werk. Je bent verpleegkundige maar werkt niet in de kliniek. Wat moet je bijhouden aan kennis, en wat niet? Welke skills heb je nodig? Daar moeten goede afspraken over gemaakt worden. Ik heb zelf een opleiding projectmanagement & veranderkunde gevolgd en dat heeft mij enorm geholpen. Want het opzetten van een zorgpad is één ding, maar het laten landen in de praktijk is nog niet zo eenvoudig. Eigenlijk moet zo’n opleiding standaard aangeboden worden aan thuismonitoringsverpleegkundigen.”

Een andere uitdaging is het onderbouwen dat thuismonitoring ook écht efficiënter is. Je voelt dat het werkt, maar hoe laat je dat in cijfers zien? Gelukkig is er veel kennisdeling via Luscii; er ontstaat een landelijke community van thuismonitoringsverpleegkundigen. Dat helpt om elkaar verder te brengen.”

Hoe verloopt de samenwerking met artsen?

“We werken minder direct samen dan op de afdeling. Meestal zetten we meldingen in het dossier of berichten we de arts. Eén arts per vakgroep is vaak wel betrokken, maar verder missen we soms het spar-moment zoals je dat hebt als je op de afdeling werkt. Het zou mooi zijn als we een vast moment hebben om samen de casussen te bespreken en als we op dezelfde plek werken als de vakgroep. Dan kunnen we beter samenwerken en voelen we ons meer onderdeel van het behandelteam.”

‘Je moet verandering leuk vinden en stevig in je schoenen staan’ 

 

Welke eigenschappen moet je hebben in deze functie?

“Je hebt natuurlijk een verpleegkundig diploma nodig en ervaring op een afdeling helpt je in dit werk. Maar belangrijker is dat je affiniteit hebt met digitale zorg. Je moet verandering leuk vinden. Het helpt als je creatief en zelfstandig bent en het leuk vindt om het wiel mee uit te vinden. Verder moet je stevig in je schoenen staan, want je krijgt soms te maken met weerstand en er worden kritische vragen gesteld, zoals: ‘wat levert thuismonitoring nou op?’. Daar tegenover staat dat je veel vrijheid hebt in je werk.”

Tot slot: waarom zou je deze baan aanraden aan verpleegkundigen?

“Deze functie biedt regelmaat, vrijheid en ontwikkeling. Je ontwikkelt andere vaardigheden: je leert over projectmatig werken, ICT en samenwerking met partijen buiten het ziekenhuis, zoals zorgverzekeraars. Het mooie is dat thuismonitoring de toekomst van de zorg is en jij daar als verpleegkundige een actieve rol in kunt spelen. Ik hoop dat meer verpleegkundigen ontdekken dat deze functie bestaat. Het verdient echt meer bekendheid.”

Herken jij het verhaal van Gerike? Wat is er volgens jou nodig om dit relatief nieuwe beroep verder te professionaliseren? Laat het hieronder weten!
 

Lees meer

Ziekenhuis doet onderzoek naar de rol van monitoringsverpleegkundigen.

 

Afbeeldingen

Bekijk ook

0  reacties

Leernetwerk Digitale Zorg is een initiatief van Vliegwiel, een programma van Patiëntenfederatie Nederland

Cookie-instellingen